Op de Sec Hayai hebben we de afspraak dat we alle zeilwissels altijd samen doen, evenals de manoeuvres gijpen en overstagen boven de 5 a 10 knopen. Alleen als er licht weer is doe je grote koersveranderingen alleen. In alle andere gevallen haal je de ander uit bed, of probeer je het zo te plannen dat je het vlak voor of na een ander zijn wacht doet. Maar vooral bij zeilwissels lukt dat lang niet altijd.
We hebben hierbij een behoorlijk vast stramien ontwikkeld, waarbij Frans het kuipwerk voor zijn rekening neemt en ikzelf alle rest, dus mast en voordek. Het aftrimmen doen we dan aan het eind vaak weer samen.
We wisselen vooral van spinnaker naar A3 (een furling voor zeil) of van de A2 of A3 naar de J1.De stappen zijn grotendeels hetzelfde voor de verschillende zeilen:
(voor de duidelijkheid: onze A2 en A6 zijn nylon zelen en zitten in een snuffer, een hoes over het zeil heen wat je omhoog trekt. De A3 en code 0 zijn furling zeilen, die je als een worst hijst en dan ontrolt, de J1 en J2 zitten vast op hun stagen als furling zeilen.)
1: het voorbereiden van het nieuwe zeil, dus zak op t voordek vastzetten en openmaken. Tack vast aanslaan en soms ook de val. De schoten zetten we over van het vorige zeil, behalve de J1, zie heeft zijn eigen schoten.
2: We zetten altijd een voorzeil, vaak een J2 erbij of soms de J1. Dat heeft wat meer windluwte om bij te werken. Dus we rollen de J2 uit.
3: we rollen de A3 in, of laten de snuffer zakken bij een A6 of A2. Frans bedient de schoot, ik de snuffer, of furler lijn.
4 We laten heir de respectievelijke zeilen zo snel mogelijk zakken en dit doen we altijd aan loef!
Terwijl frans de val laat vieren, trek ik het zeil helemaal naar achteren, bij de mast of nog verder. Daar leg ik het in grote lussen klaar, zodat Frans het in de zak dan stoppen.
5 Terwijl Frans het zeil in de daarvoor bestemde zeilzak stopt, haal ik de tack los, schoten los en zet ze over op het nieuwe zeil. Meestal ben ik net wat eerder klaar en help Frans met t laatste stukje zeil in de zak te stoppen. We bergen de zak meteen goed weg, binnen of buiten, afhankelijk van wat er verder nog verwacht wordt.
6: Ik hijs het nieuwe zeil aan de mast, Frans haalt door. Zodra de val in top zit, trekt frans de tackline aan zodat het zeil klaar voor gebruik is.
7: we rollen het zeil uit, of we draaien de furler los, zodat het zeil uitrolt. De snuffer omhoog trekken doe ik vlak achter het voorstag (bij de J2 tussenstag), voor het ontfurlen kan ik alleen vanuit de kuip regelen.
8: Nadat het zeil is uitgefurled, of de snuffer omhoog getrokken is, trimt Frans de schoot en ruim ik de tas op en zet de furling-line vast of de snufffer val.
Zoals je ziet komt er best wat bij kijken om even een zeil te wisselen. Inmiddels lukt ons dat in enkele minuten en is het verlies vrij klein. En we praten steeds minder.
Het praten wordt beperkt door termen als:
- Schoot los
- Tackline los
- Val open?
- Schoot vrij of ruimte op de schoot? (voor het zakken)
- Tackline kan aan, of tack is klaar
- Klaar om te hijsen?
- Top! Als de val in de top zit
- Furling line klaar? Go!
Veel meer zeggen we dan ook niet. We kijken elkaar wel af en toe aan en dan is 1 blik meer waard dan 1000 woorden. Voor ons maakt het ook niet meer uit of het dag of nacht is, de meeste wissels gaan geruisloos snel en we praten voornamelijk na of we met het nieuwe zeil op een betere, slechtere of zelfde percentage bootspeed zitten. Soms bij een wachtwissel, praten we nog geen 6 woorden met elkaar. Maar we communiceren des te meer, zonder worden, maar met blikken of korte handelingen, waarbij de ander precies weet wat er gaat gebeuren en wat op welk moment te doen,
Het praten wordt steeds minder. We zijn beiden benieuwd hoelang het duurt voordat we niets meer hoeven te zeggen bij zo’n zeilwissel. Als dat voortkomt zullen we het filmen en online zetten! Dan kan je het zelf zien (en horen!).
Tot zover, met vriendelijke zeilersgroet,
Frans en Ysbrand